top of page

2. Why Did Jesus Die?

voor meer bijbelstudies in het nederlands, klik hier

‎2. Waarom is Jezus estorven?‎

Hoevelen onder jullie hebben vrienden of familie die een model van een guillotine rond hun nek dragen, of misschien zelfs van een elektrische stoel? Dat klinkt nogal belachelijk, niet waar?

Maar hoe vaak komen we in het Westen mensen tegen die een kruisje rond hun nek dragen? We zijn het zo gewoon om kruisjes rond de nek van mensen te zien dat we daarbij niet nadenken, maar het kruis was evenzeer een vorm van executie als een guillotine of een elektrische stoel.

Waarom dragen mensen dan toch een kruisje? Kruisiging was één van de wreedste vormen van executie die ooit is uitgevonden. Zelfs de Romeinen, die niet bepaald bekend stonden vanwege het eerbiedigen van men-senrechten, schaften in het jaar 337 na Christus kruisigingen af omdat ze deze als te onmenselijk beschouw-den.

Het kruis is altijd beschouwd als het symbool van het christelijk geloof, en een groot gedeelte van de Evan-geliën handelt over de dood van Jezus. Veel van de rest van het Nieuwe Testament draait rond de verklaring van wat gebeurde bij het kruis.

Toen de apostel Paulus naar Korinthië ging, zei hij het volgende: " Ik had besloten u geen andere kennis te brengen dan die over Jezus Christus - de gekruisigde." (1 Korinthiërs 2:2).

Wanneer we denken aan Winston Churchill, Ronald Reagan, Mahatma Gandhi of Martin Luther King, den-ken we aan wat zij deden in hun leven, aan hoe zij de maatschappij beïnvloedden door wat zij we hebben gedaan. Maar als we het Nieuwe Testament lezen, leren we meer over Jezus' dood dan over Zijn leven. Meer dan iemand anders heeft Jezus het uitzicht van de wereldgeschiedenis veranderd, en Hij wordt niet zozeer herinnerd omwille van Zijn leven, maar omwille van Zijn dood.

 

Waarom wordt er zoveel aandacht geconcentreerd op de dood van Jezus? Wat is het verschil tussen Zijn dood en de dood van Princes Diana, of de dood van één van de marteaars of oorlogshelden? Waarom is Hij gestorven? Wat heeft Hij bereikt? Wat bedoelt de Bijbel als het Nieuwe Testament stelt dat Jezus voor onze zonden is gestorven? Dat zijn enkele vragen die we vandaag in deze sessie willen beantwoorden.

 

2.2. HET PROBLEEM.

 

Toen ik nog jonger was, had ik de gewoonte persoonlijk veel te praten met individuen over hun relatie met God, in de hoop de kans te krijgen om hen te vertellen over wat Jezus voor hen heeft gedaan. Vaak zeiden ze me dat ze Christus niet nodig hadden, dat ze een vol, compleet en gelukkig leven hadden. "Ik tracht een goed leven te leiden en heb redenen om aan te nemen dat als ik sterf, het met mij waarschijnlijk in orde zal zijn, omdat ik een goed leven zal hebben geleid”, zeiden ze.

Wat ze zeggen komt erop neer dat zij geen Redder nodig hebben, omdat zij niet inzien dat zij van eender wat gered moeten worden. Er is bij hen geen sprake van waardering en liefde voor de Redder, omdat zij niet overtuigd zijn van hun persoonlijke schuld en opstandigheid tegenover een heilige God.

 

Nochtans hebben wij allen een probleem: Want iedereen heeft gezondigd en ontbeert de nabijheid van God (Romeinen 3:23).

 

Ik weet niet hoe het met jou gaat, maar ik vind het zo moeilijk om te zeggen: “Ik was fout. Wil alstublieft mijn verontschuldigingen aanvaarden." Ik heb de neiging nogal vlug te zijn om anderen de schuld te geven en traag te zijn om te aanvaarden dat ik in fout ben. Mijn vrouw weet dat ik een goed gevoel voor richting heb, doordat ik - toen ik nog wat jonger was - jaren als beroepsvisser op zee ben geweest. Je leert te sturen volgens de loop van de zon. Maar natuurlijk sla ik de bal af en toe lelijk mis, en kom ik te weten dat ik in noordelijke richting ga, hoewel ik dacht westwaarts te varen. Maar het is voor mij zo moeilijk om toe te geven dat ik het verkeerd voor had. Vindt iemand anders onder jullie het moeilijk om toe te geven dat hij fout was?

Als we eerlijk zijn, moeten we allen toegeven dat we dingen doen waarvan we weten dat ze verkeerd zijn. Velen kunnen niet het feit aanvaarden dat ze kunnen worden beschouwd als geheel of gedeeltelijk schul-dig voor het een of het ander. Van dit ongewone fenomeen worden mensen zich pijnlijk
bewust als ze hun verzekeringspapieren moeten invullen na een verkeersongeval.

Dat vormt het volmaakte voorbeeld waarbij mensen het onmogelijk vinden om zelfs maar de minste graad van verantwoordelijkheid te aanvaarden. De hiernavolgende voorbeelden tonen aan dat sommige auoto-bestuurders erop staan om anderen te beschuldigen van wat meer dan waarschijnlijk hun eigen fouten zijn. Ziehier enkele andere voorbeelden van schuldontkennende beweringen:

 

 

  • "Ik ben van mening dat geen van beide chauffeurs schuld draagt, maar als er dan toch één voertuig moet worden aangeduid als verantwoordelijk voor het ongeval, dan zou het de andere zijn."
     

  •  

  • "De telegraafpaal kwam snel dichterbij. Ik poogde om haar pad te ontwijkend, toen de paal mijn voorkant raakte."
     

  •  

  • "Die kerel reed naar alle kanten van de straat. Ik moest ettelijke keren uitwijken vooraleer ik hem aanreed. "
     

  •  

  • "Een onzichtbare auto verscheen uit het niets, botste op mijn auto en verdween."
     

  •  

  • "Ik botste op een stilstaande vrachtwagen die van de andere kant kwam."
     

  •  

  • "Thuisgekomen reed ik het verkeerde huis binnen en botste met een boom die ik niet heb."
     

  •  

  • "Ik had al gedurende 40 jaren gereden toen ik aan het stuur in slaap viel en een ongeval."

  •  

Er valt te discussiëren over de vraag of voor de volgende verklaring die iemand ooit heeft gemaakt op zijn aanrijdingsformulier een toilet, een technicus dan wel een taalleraar de meest aangewezen oplossing vormt. Ik laat het aan jullie over om zelf te beslissen:

 

  • "Ik was onderweg naar de dokter voor problemen aan de achterkant toen mijn kruiskoppeling het begaf, waardoor ik een ongeval had."

  •  

Opdat mensen hun nood aan een Redder zouden begrijpen, moeten we teruggaan en het significantste pro-bleem bekijken waarmee elke persoon die deze studie leest, wordt geconfronteerd. Het probleem bestaat erin dat we allen gezondigd hebben en dat we allen de glorie Gods ontberen.

Iemand zei me dat het hem goed zou gaan aan het einde van zijn leven, omdat hij 2 mensen had geholpen uit een ongeval met een vliegtuig voordat het ontplofte, en zo hun leven gered had. Toen ik hem vroeg wat hij zou doen met zijn zonden, antwoordde hij mij dat hij nog nooit gezondigd had. Hij was ertoe misleid te denken dat zijn morele status beter was dan van de meesten, en dat - vermits zijn leven beter was dan dat van de meesten - het wel goed met hem zou gaan op de Dag des Oordeels, wanneer God alle mensen zal oordelen voor wat ze hebben gedaan.

De meeste mensen beoordelen zichzelf door naar het leven van anderen te kijken. Laat me proberen uit te leggen wat ik bedoel:

 

Stel je even voor dat ik me in de kamer bevind waar jij deze nota aan het lezen bent, en dat ik jou wijs op de muur die het dichtst bij jou vandaan is.

Wat indien ik je zou zeggen dat één van de muren in jouw buurt de schaal voorstelt van alle mensen die ooit hebben geleefd? Stel je daarbij voor dat de slechtste persoon zich onderaan bevindt en dat de top van de muur de allerbeste en rechtvaardigste mensen weergeeft.

Wie zou je dan onderaan plaatsen? Velen zouden Adolf Hitler, Jozef Stalin of mischien zelfs Saddam Hoessein, ja, misschien zelfs hun baas onderaan zetten! Ha! Wie zou jij bovenaan zetten? Misschien zou je wel Moeder Theresa, Princes Diana, Martin Luther King of Billy Graham antwoorden. Ik denk dat je wel ermee akkoord kan gaan dat wij allen ergens op de muur zouden staan - Keith Thomas zou zich daar onderaan bevinden en misschien zou jij wel hogerop te vinden zijn.

Wat denk je dan dat de maatstaf is die we moeten bereiken? Wetende dat de beste mensen bovenaan staan, zouden velen onder ons wellicht antwoorden dat het plafond de maatstaf zou moeten zijn. Maar dat is niet wat de Bijbel als maatstaf aangeeft.

 

Het Bijbelvers dat we zonet bekeken hebben, deelt mee dat de glorie Gods de maatstaf is, meer bepaald Jezus Christus - Gods glorierijke, levensschenkende deal. De maatstaf is dus niet het plafond van de kamer maar de hemel. Niemand onder ons heeft ooit de maatstaf van Gods gerechtigheid bereikt: Christus Jezus. We missen allen het doel - en dat is precies wat zonde betekent - tekort schieten.

Het Griekse woord dat in het Nederlands vertaald wordt als “zonde” is “Harmatia”, een woord dat ontleend is aan boogschieten. Als je niet in staat bent om met je pijl in de roos van het bord te schieten, zou dat erop neerkomen dat je ten aanzien van volmaaktheid tekortschiet. Ik denk dat wij allen het doel missen - allen tekortschieten. Niemand onder ons is goed genoeg. We schieten allen tekort.


 

 

Als we onszelf vergelijken met gewapende overvallers, kinderverkrachters, of zelfs met onze buren, denken we dat we er tamelijk goed vanaf komen, maar als we ons vergelijken met Jezus Christus zien we hoeveel we tekortschieten.

 

 

 

Somerset Maugham zei ooit het volgende:

 

“Als ik elke gedachte die ik ooit heb gehad zou neerschrijven, en elke daad die ik heb gesteld, zouden mensen me een monster van verdorvenheid noemen.”

 

De kern van zonde is a rebellie tegen God (Genesis 3) en het resultaat daarvan is dat we van Hem zijn af-gesneden. Net als de Verloren Zoon (Lukas 15), bevinden we ons ver van het huis van onze Vader, en is ons leven een zootje.

Sommigen zullen misschien wel het volgende stellen: "Maakt het wat uit, als we toch met zijn allen in dezelfde boot zitten?"

 

Het antwoord is “ja”, want door de gevolgen van de zonde in ons leven, maakt het weldegelijk wat uit. Die gevolgen kunnen onder 4 “kopjes” worden samengevat: de bezoedeling met zonden, de kracht van zonden, de straf voor zonden en de scheiding door zonden.

 

2.2.1) De bezoedeling met zonden.

 

20 Hij zei: ‘Wat uit de mens komt, dat maakt hem onrein.
21 Want van binnenuit, uit het hart van de mensen, komen slechte gedachte, ontucht, diefstal, moord,
22 overspel, hebzucht, kwaadaardigheid, bedrog, losbandigheid, afgunst, laster, hoogmoed, dwaaheid;
23 al deze slechte dienden komen van binnenuit, en die maken de mens onrein.’ (Markus 7:20-23).

 

Je kunt dan wel stellen - “De meeste van die dingen doe ik niet” - maar één van die dingen is genoeg om ons leven te vervuilen.  Het kan best zijn dat we zouden willen dat de Tien Geboden fungeren als een examenblad waarop we alleen maar moeten pogen “eender welke van de drie keuzemogelijkheden in te vullen.

Maar het Nieuwe Testament zegt dat als we eender welk deel van de wet breken, we de gehele wet breken (Jakobus 2:10). Eén zonde is voldoende om jouw leven te bezoedelen en je van de hemelse volmaaktheid uit te sluiten.

 

Het is bijvoorbeeld onmogelijk om “tamelijk propere” bonus-malus-papieren te kunnen voorleggen: ze zijn ongevalvrij of niet ongevalvrij. Eén verkeersovertreding maakt dat de bonus-malus-papieren niet langer als “ongevalvrij” kunnen worden bestempeld.

Of als een politie-agent je doet stoppen omdat je te snel rijdt, moet je niet hopen jezelf vrij te pleiten door hem te vertellen dat je geen enkel andere in het land toepasselijke wet hebt overtreden om je zo vrij te pleiten. Eén verkeersovertreding houdt in dat je de wet overtreden hebt.

 


 

 

En zo is dat ook met ons. Eén overtreding maakt ons leven onzuiver. Hoeveel moorden moet je bijvoor-beeld plegen om een moordenaar te zijn? Slechts ééntje, uiteraard. Hoeveel leugens kan iemand uitspreken vooraleer hij een leugenaar wordt? Eén. Hoeveel zonden moet iemand begaan vooraleer hij een zondaar wordt? Opnieuw is het antwoord: één. Eén overtreding maakt ons leven onzuiver.

 

2.2.2) De kracht van zonden.

 

Jezus antwoordde: ‘Werkelijk, Ik verzeker u, iedereen die zondigt is een slaaf van de zonde.’ (Johannes 8:34).

 

De dingen die we verkeerd doen, hebben een verslavende kracht. Toen ik drugs nam, werd ik me er vele malen degelijk van bewust hoe de drugs mijn leven aan het verwoesten waren, maar toch hadden ze me in hun greep. Ik probeerde ze 2 of 3 maal weg te gooien, maar steeds ging ik terug om er nog meer te kopen. Mensen zullen je wel zeggen dat marihuana geen verslavende kracht heeft, maar ik kwam er achter dat het anders is: vooraleer ik mijn leven aan Christus gaf, slaagde ik er niet in om mijn vrijheid terug te krijgen.

Het is ook mogelijk om een alcoholicus te zijn of verslaafd te zijn aan een slecht humeur, afgunst, arro-gantie, hoogmoed, egoïsme, laster of seksuele immoraliteit. We kunnen verslaafd raken aan gedachte- of gedragspatronen die we alleen niet kunnen breken. Dat is de slavernij waarover Jezus spreekt. De dingen die we doen, de zonden waarmee we ons inlaten, hebben een macht over ons, die ons van hen tot slaven maakt.

 

Een vroegere bisschop van Liverpool, bisschop J.C. Ryle, schreef ooit het volgende:

 

           

 

Werkelijk alle zonden hebben massa’s ongelukkige gevangenen die aan handen en voeten gebonden zijn in hun ketenen. Zonden hebben massa’s ongelukkige gevangenen … De ellendige gevangenen … scheppen soms op dat zij voortreffelijk vrij zijn …

Een dergelijke slavernij bestaat niet. Zonde vormt inderdaad de hardste onder alle taakmeesters. Ellende en teleurstelling onderweg, wanhoop en hel aan het einde, vormen het enige loon dat de zonde aan haar dienaren betaalt.

 

2.2.3) De straf voor zonden.

 

Het loon van de zonde is de dood, maar de genade die God schenkt is het eeuwige leven in Christus Jezus, onze Heer (Romeinen 6:23)

 

Het nieuws vormt één van die zaken die me vaak tot bidden aanzetten. Als ik hoor dat een moeder haar kinderen opzettelijk doodt of misbruikt, wil ik gerechtigheid. Ik word boos en verlang dat degenen die het systeem belazeren, gepakt worden, als ik in een verkeersopstopping terechtkom en auto’s mij voorbijvlie-gen op het baanvak waar alleen politie en voertuigen van hulpdiensten worden verondersteld te mogen rijden.

Maar als ikzelf dreig te laat op het werk te komen en ik te snel rijd om alsnog op tijd te zijn voor een staf-vergadering, is dat even anders. Dan wil ik geen gerechtigheid, maar verlang ik barmhartigheid en genade. Dan wil ik dat de politieman me laat gaan. Ik moet wel hypocriet zijn!

We hebben gelijk als we aanvoelen dat zonden bestraft moeten worden. Regels zijn er om ons ertoe te brengen ons leven correct te leiden: mensen die zondigen zouden voor hun zonde gestraft moeten worden.

Onze zonde zal ons een loon schenken, net zoals ons werk week na week loon oplevert. Onze werkgever zal ons betalen wat we verdienen voor hetgeen we gedaan hebben - ons loon. God moet ons in Zijn recht-vaardigheid op dezelfde manier het loon betalen dat we verdienen met ons zondig leven - eeuwigdurende scheiding van God, een toestand die de Bijbel aanduidt als de hel. Het loon dat de zonde betaalt, is de dood - wat neerkomt op scheiding van God voor eeuwig.

 

2.2.4) De scheiding door zonden.

 

De arm van de HEER is niet te kort om te redden, zijn gehoor niet te zwak om te luisteren - en jullie wangedrag is het dat jullie en je God van elkaar heeft gescheiden; door jullie zonden houdt Hij zijn gelaat verborgen en wil Hij je niet meer horen. (Jesaja 59:1-2).

 

Als Paulus zegt dat het loon dat de zonde betaalt de dood is, spreekt hij daarover niet louter in fysische zin. De profeet Jesaja zegt dat zonde ons scheidt van God. Het is een geestelijke dood, die eindigt in eeuwe isolatie ten aanzien van God. Deze afsnijding van God is iets wat we al in dit leven ervaren.

Elk van ons heeft zich in dit leven al ver van God gevoeld als gevolg van onze zondige ervaring, maar dat zal ook onze realiteit worden als we van de dood overgaan in het leven buiten deze wereld. Het zijn de dingen die we verkeerd doen, die deze barrière veroorzaken.

 

2.3. DE OPLOSSING.

 

We hebben allen nood aan een Redder om ons te bevrijden van de gevolgen van de zonden van ons leven.  Lord Mackay of Clashfern, Lord Chancellor van Engeland, schreef het volgende:

 

“Het centrale thema van ons geloof is het offer dat onze Heer Jezus Christus Zelf voor onze zonden heeft gebracht aan het kruis … Hoe dieper we onze eigen nood inzien, hoe groter onze liefde voor de Heer Jezus zal zijn en hoe meer we daarom zullen verlangen om Hem te dienen.”

 

Het goede nieuws dat het Christendom brengt is dat God de netelige toestand waarin we ons bevinden,  heeft gezien, en de stappen heeft ondernomen om het probleem op te lossen. Zijn oplossing bestond erin de vervanger te zijn voor ons allen. In de persoon van Jezus, de Christus, daalde God af om onze plaats in te nemen, iets wat John Stott, auteur van vele boeken, de “Zelf-substitutie” van God noemt. De apostel Petrus beschrijft het als volgt:

 

Hij heeft onze zonden gedragen met zijn lichaam aan het kruishout, opdat wij, dood voor de zonde, rechtvaardig zouden leven. Door zijn striemen bent u genezen (1 Petrus 2:24).

 

 

2.3.1) De Zelf-substitutie van God.

 

Wat betekent de notie zelf-substitutie? In zijn boek met als titel Miracle on the River Kwai, vertelt Ernest Gordon het ware verhaal van een groep krijgsgevangenen die tijdens de Tweede Wereldoorlog aan de  Burmese Spoorwegen werkten.

 

Op het einde van de dag werden de werktuigen van de werkgroep bijeenvergaard. Op een keer riep een Japanse wachter dat er een spade ontbrak, en deed hij navraag om te weten wie deze weggeno-men had.

Hij begon te tieren en te razen, boeide zich tot een paranoïde furie op, en eiste dat, wie ook schuldig mocht zijn, naar voor zou treden. Niemand bewoog.

"Dan zullen allen sterven! Allen!", tierde hij, terwijl hij de haan aanspande en zijn geweer op de gevangenen richtte.

Op dat moment trad één man naar voor, en terwijl hij stil in de houding bleef staan, knuppelde de wachter hem dood met zijn geweer. Toen ze terugkeerden naar het kamp, en de werktuigen opnieuw warden geteld, bleek geen enkele spade te ontbreken.

Die ene man was naar voor getreden als vervanger om anderen te redden.

 

Op dezelfde manier kwam Jezus naar voor en voldeed aan de gerechtigheid door te sterven in onze plaats.

 

2.3.2) De lijdensweg van het kruis.

 

Jezus was onze vervanger. Hij onderging de kruisiging voor ons. Cicero beschreef kruisiging als "de gruwelijkste en afschuwelijkste soort marteling". Jezus werd ontbloot en aan een zweeppaal gebonden. Hij werd gegeseld met een zweep van 4 of 5 lederen bandjes waarin scherp gekarteld bot en lood verweven stak.

 

Eusebius, een kerkhistoricus uit de 3e eeuw na Christus, beschreef de Romeinse vorm van geseling in de volgende bewoordingen:

 

"… De aderen van de gegeselde (Jezus Christus) waren blootgelegd en … zelfs de spieren, zenuwen en ingewanden van het slachtoffer waren voor het zicht van anderen blootgesteld.

Daarna werd hij naar het Pretorium gebracht, het Romeinse gerechtshof dat zich binnen de vesting bevond, waar hem een doornenkroon op zijn hoofd werd gestoken. Hij werd bespot door een  bata-ljon van 600 mannen en op en rond zijn gezicht en hoofd geraakt. Dan werd Hij verplicht om een zware dwarsbalk op zijn bloedende schouders te dragen, totdat hij ineenstortte en Simon van Cyrene werd gedwongen om de dwarsbalk voor Hem te dragen.

Toen ze de plaats hadden bereikt waar de kruisiging zou plaatsvinden, werd Hij opnieuw uitgekleed tot hij helemaal naakt was, werd Hij op het kruis gelegd en werden er - net boven de polsen - in Zijn armen nagels geslagen van 15 centimeter lang.

 

Zijn knieën waren opzij gewrongen, zodat zijn enkels konden worden vastgenageld tussen scheen-been en Achillespees.

Hij werd gehesen op het kruis, dat vervolgens in een gat in de grond werd gestopt. Blootgesteld aan de spotternijen van de menigte, liet men Hem daar met ondraaglijke dorst in de intense hitte hangen. Hij hing daar gedurende 6 uren in onvoorstelbare pijn, terwijl Zijn leven langzaam wegvloeide.

 

Het fysische trauma was niet het ergste, zelfs niet de emotionele pijn van het verworpen worden door de wereld en het verlaten worden door Zijn vrienden, maar wel het geestelijk lijden dat Hij voor ons onderging, ten gevolge van de scheiding van Zijn Vader bij het dragen van onze zonden.”

 

Omdat het werk dat Jezus op het kruis heeft verricht, volbracht is - meer bepaald de volledige afbetaling van de schuld voor wat jouw zonden verdienden - is God nu in staat een volledige kwijtschelding te geven aand diegenen die dit willen aanvaarden. De Heer toont ons dat Hij zich niet van lijden verwijderd houdt. Christus heeft alles en veel meer dan velen onder ons verdienden, op Zichzelf genomen. Hij stierf voor ons als plaatsvervanger en toonde daarbij Gods liefde voor ons.

 

Want God had de wereld zo lief dat Hij zijn enige Zoon heeft gegeven, opdat iedereen die in Hem gelooft niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft. (Johannes 3:16).

 

2.4. HET RESULTAAT.

 

De Schriften geven ons 4 beelden die beschrijven wat Jezus voor ons aan het kruis heeft gedaan:

 

21 Maar nu is Gods gerechtigheid, waarvan de Wet en de Profeten al getuigen, zichtbaar geworden bui-ten de wet om:
22  God schenkt vrijspraak op grond van geloof in Jezus Christus, aan allen die geloven. En er is geen onderscheid.
23  Want iedereen heeft gezondigd en ontbeert de nabijheid van God,
24  en iedereen wordt uit genade rechtvaardig verklaard, om niet, dankzij de verlossing door Christus Jezus.
25-26  Hij is door God aangewezen om door zijn dood het middel tot verzoening te zijn voor wie gelooft. Hiermee toont God zijn gerechtigheid, want in zijn verdraagzaamheid gaat Hij voorbij aan de zonden die in het verleden zijn began, om nu, in deze tijd, zijn gerechtigheid te bewijzen: Hij laat zien dat Hij rechtvaardig is door iedereen vrij te spreken die in Jezus gelooft. (Romeinen 3:21-26).

 

2.4.1) Het eerste beeld is afkomstig van de tempel.

 

Hij is door God aangewezen om door zijn dood het middel tot verzoening te zijn voor wie gelooft (in zijn bloed) (Romeinen 3:25).

 

In het Oude Testament staan zeer bijzondere regels opgetekend over hoe met zonde moest omgegaan wor-den. Er was een heus system van offers, die zowel de ernst van de zonde aantoonden als de noodzaak om daarvan gezuiverd te worden.

 

 

In het algemeen nam de zondaar een dier dat zo veel als mogelijk de volmaaktheid moeste benaderen. De zondaar legde zijn handen op het dier en beleed zijn zonden over dat dier. De zonden werden veronder-steld also over te gaan van de zondaar op het dier, dat dan werd gedood.

Deze slachtofferlijke dood beeldde voor ons uit dat zonde de dood betekent en dat de enige ontsnappings-route daarvoor de dood van een vervanger inhoudt. Dit beeld werd duidelijk toen Johannes de Doper Jezus zag komen en het volgende uitriep:
‘Daar is het lam van God, dat de zonde van de wereld wegneemt.’ (Johannes 1:29).

 

2.4.2) Het tweede beeld is afkomstig uit de marktplaats.

 

…en iedereen wordt uit genade rechtvaardig verklaard, om niet, dankzij de verlossing door Christus Jezus. (Romeinen 3:24)

 

Schuld is geen probleem dat beperkt blijft tot het heden; het was ook een probleem in the antieke wereld. Als mensen grote schulden hadden, was het enige waarop ze een beroep konden doen om hun schulden te betalen: ofwel zichzelf verkopen ofwel door hun schuldeisers gedwongen te worden zich te laten verkopen.

Stel je voor dat een vriend op de markt verscheen net op het moment dat de schuldenaar zou worden ver-kocht en dat die vriend naar de vraagprijs informeerde. Stel je bovendien voor dat die vriend vervolgens de schuld betaalde en de schuldenaar vrijuit liet gaan: in dat geval zou hij zou hem verlossen. Op analoge wijze betaalde Jezus de “losprijs", om ons uit te kopen uit de zondenslavenmarkt van Satan.

 

2.4.3) Het derde beeld is afkomstig uit het gerechtshof.

 

We worden ‘uit genade rechtvaardig verklaard, om niet’. (Romeinen 3:24).

 

Paulus gebruikt de woorden“rechtvaardig verklaard, om niet”. Rechtvaardig verklaard is een wettelijke term. Indien je voor een rechtbank verschijnt en wordt vrijgesproken, ben je rechtvaardig verklaard. 

 

Er waren eens 2 mensen die naar dezelfde school en universiteit gingen en darbij een hechte vriend-schap opbouwden. Het leven ging verder en ze gingen elk hun eigen weg en verloren het contact met elkaar. De ene werd uiteindelijk rechter en de andere werd een crimineel.

Op een dag verscheen de crimineel voor de rechter. Hij had een misdrijf gepleegd waarvoor hij schuldig pleitte. De rechter herkende zijn oude vriend en stond voor een dilemma. Hij was recht en moest daarom rechtvaardig zijn; hij kon de man niet zomaar vrijuit laten gaan.

Aan de andere kant wilde hij de man niet bestraffen, omdat hij van hem hield. Daarom zei hij tot zijn vriend dat hij hem zou bestraffen met de straf die gepast was voor de overtrading. Dat is rechtvaardigheid.

Dan daalde hij af van zijn positie als rechter en schreek een cheque uit ter waarde van de boete. Hij gaf het aan zijn vriend en stelde daarbij dat hij de boete voor hem zou betalen. Dat is liefde.  


 

 

Dit soort liefde vormt een illustratie van wat God voor ons heeft gedaan. In Zijn rechtvaardigheid veroor-deelt hij ons omdat we schuldig zijn, maar in Zijn liefde daalde Hij af, in de persoon van Zijn Zoon, de Heer Jezus Christus, en betaalde de straf voor ons.

Op die manier is Hij zowel “rechtvaardig” (in de mate dat Hij niet toestaat dat de schuldige vrijuit gaat) als degene die rechtvaardigt - zie Romeinen 3:26 (in de mate dat Hij zelf, in de persoon van Zijn Zoon, de straf op zich neemt en ons in staat stelt vrijuit te gaan).

 

De illustratie die we hier hebben gegeven, is om 3 reden niet volledig exact.

 

In de eerste plaats in onze situatie veel benarder. De straf die we dreigen te ondergaan is niet louter een boete, maar de dood, niet alleen de fysische dood, maar scheiding van de auteur van het leven - de geestelijke dood - een eeuwigheid gescheiden van God.

In de tweede plaats is de relatie hechter. Het gaat niet zomaar om 2 vrienden: het is onze Hemelse Vader, die meer van ons houdt dan aardse ouders van hun kind houden.

In de derde plaats was de kost significant hoger: het kostte God geen geld, maar Zijn Eniggeboren zoon - die de prijs voor de straf der zonde betaalde. Het is niet een onschuldige derde, maar God Zelf die ons redt.

 

2.4.4) Het vierde beeld is afkomstig uit de huiselijke sfeer.

 

God heeft in Christus de wereld met zich verzoend: Hij heeft de wereld haar overtredingen niet aangerekend … (2 Korinthiërs 5:19).

 

Wat geschiedde met de Verloren Zoon kan ook met elk van ons gebeuren. God heeft ons met Zichzelf ver-zoend en onze zonden van ons weggenomen, op voorwaarde dat we Zijn geschenk van liefde en genade aanvaarden. Hij heeft jouw plaats ingenomen zodat Hij je om niet (gratis) vergiffenis kan schenken. Zal je Zijn kwijtschelding om niet aanvaarden?

 

Een man uit Philadelphia, genaamd, George Wilson, bestal in het jaar 1829 de Amerikaanse post-dienst en doodde iemand daarbij. Wilson werd gearresteerd, gerechtelijk vervolgd, schuldig bevonden en veroordeeld tot ophanging.

Sommige vrienden kwam in zijn belang tussenbeide en slaagden uiteindelijk erin om voor hem van President Andrew Jackson gratie te verkrijgen.

Maar toen hem dat werd meegedeeld, weigerde hij de gratie! De sheriff was niet gewillig om het oor-deel ten uitvoer te brengen - want hoe kon hij immers iemand ophangen aan wie gratie was verleend?

 


Bij President Jackson werd in beroep gegaan.  Verbouwereerd richtte de president zich tot het Hoog-gerechtshof van de Verenigde Staten om over de zaak te oordelen. Chief Justice Marshall oordeelde dat een gratie een stuk papier is, waarvan de waarde afhangt van de aanvaarding ervan door de betrokken persoon.

Het valt moeilijk te veronderstellen dat iemand die ter dood is veroordeeld zou weigeren een gratie te aanvaarden, maar als deze toch geweigerd wordt, gaat het niet om een gratie. George Wilson moest opgeknoopt worden. En dus werd George Wilson geëxecuteerd, ook al lag de gratie op de bureautafel van de sheriff.

 

 

Wat zal jij doen met de volle gratie die jou is aangeboden door de Chief Justice - de God van het Universum?

 

En hoe staat het met jou, beste lezer; wordt het geen tijd dat je gaat bidden tot de God die van je houdt en de weg heeft bereid opdat je vergiffenis kan krijgen van je zonden. Misschien wil je het volgende gebed wel oprecht bidden:

 

Gebed:

 


Hemelse Vader, ik heb spijt van de dingen die ik verkeerd heb gedaan in mijn leven.

 

(Neem wat tijd om Hem om vergiffenis te vragen voor iets specifieks dat op je geweten drukt).

 

Wilt U mij vergeven alstublieft. Nu keer ik me af van alles waarvan ik weet dat het verkeerd is.

Bedankt dat U Uw Zoon, Jezus, gezonden hebt om voor mij aan het kruis te sterven opdat ik Whyvergif-fenis zou kunnen krijgen en vrijgelaten worden.

Vanaf nu zal ik Hem volgen en gehoorzamen als mijn Heer. Bedankt dat U mij nu het geschenk van vergiffenis en de gave van de Heilige Geest als geschenk aanbiedt.

Kom alstublieft in mijn leven: Ik wil altijd bij U zijn. Ik vraag deze dingen in de naam en met het gezag van Jezus Christus, Onze Heer. Amen.

 

Veel standpunten in deze studie komen uit “the Alpha Course” van Nicky Gumbel. Ik zou Nicky’s boek, Questions of Life, willen aanbevelen, een boek dat is gedrukt door Kingsway Publishers.

Aangepast door Keith Thomas

 

Email: keiththomas@groupbiblestudy.com

 

Website: www.groupbiblestudy.com
Naar het Nederlands vertaald door Eric Arthur Roos.

bottom of page